In het jubileumjaar 2013, toen het Sophia Kinderziekenhuis haar 150-jarig bestaan vierde, is met tal van grote en kleine acties 1,2 miljoen euro ingezameld voor het Sophia Kinderthoraxcentrum. Hoe staat het met de bouw? En wat is de status en de planning? Initiatiefnemer professor Johan de Jongste vertelt.
“We zijn druk bezig met de verbouwing, want we willen het Sophia Kinderthoraxcentrum voor de zomer 2015 openen. Het Kinderthoraxcentrum komt op de tweede verdieping van het Sophia. We richten een onderzoekscentrum in met een polikliniek waar ook diagnostiek plaatsvindt, denk aan hart- en longfunctietesten. En er komt een verpleegafdeling met extra bedden voor korte opnames, ofwel ‘short stay’. Hiermee nemen we een voorproefje op de grote verbouwing van het Sophia die over enkele jaren wordt uitgevoerd. In de toekomst komen er meer hartlongmonitoren, uiteindelijk bij alle bedden. Dat heeft als voordeel dat we kinderen niet altijd meer hoeven te verplaatsen naar de IC of de afdeling High Care als monitorbewaking nodig is. Nieuw is ook dat er een grote verblijfsruimte wordt ingericht voor ouders, iets dat past bij de ‘family centered care’ die we willen bieden.”
Het grootste verschil met de huidige werkwijze is dat in het Sophia Kinderthoraxcentrum chirurgen én kinderartsen gespecialiseerd in hart- en longziekten intensief samenwerken. De (sub)afdelingen Kindercardiologie, Kinderlongziekten, Algemene Kindergeneeskunde, KNO, Thoraxchirurgie en Kinderchirurgie bundelen hun kennis en krachten. De afdelingen zijn niet meer gescheiden, alle zorg en diagnostiek wordt samengebracht rond het kind en de ouders. Om de deskundigheid van het personeel te verhogen wordt het personeel extra opgeleid en worden hogere eisen gesteld aan nieuwe medewerkers.
Met de 1,2 miljoen die in het jaar van Sophia’s 150ste verjaardag bijeen is gebracht kan veel wetenschappelijk, onderzoek worden gedaan. “Maar er is nog steeds geld nodig voor het Kinderthoraxcentrum”, legt Johan de Jongste uit. “Het gaat dan met name om de kosten voor speciaal personeel en nieuwe apparatuur. Het aantal bewakingsplekken is bijvoorbeeld nog te beperkt. Voor de volle capaciteit zijn 22 bedden nodig, maar we beginnen met 16. De ‘short stay’ start met 4 bedden, dat aantal moet ook omhoog. En we willen natuurlijk de inrichting van het nieuwe centrum voor ouders en kinderen zo prettig mogelijk maken, ook dat kost extra geld.”
“Het kind staat nóg meer centraal in het Sophia Kinderthoraxcentrum en dat is wat we bij de opening vóór komende zomer willen laten zien. Oók aan alle Vrienden van het Sophia die de afgelopen tijd enorm hebben bijgedragen aan dit fantastische project”, besluit professor Johan de Jongste.